Door de gestage opkomst van elektrisch rijden in Nederland is er ook steeds meer te melden op het gebied van oplaadfaciliteiten. Bijna dagelijks maken Nederlandse gemeenten bekend dat er meer laadpalen geplaatst zullen worden of dat er wordt geëxperimenteerd met nieuwe technieken om laden slimmer, sneller en toegankelijker te maken.
Laadpalen
Vooral het aantal laadpalen neemt snel toe. Waar grotere steden al langere tijd het aantal oplaadpunten in de openbare ruimte snel laten groeien volgen nu ook de middelgrote en kleinere plaatsen het voorbeeld. Zo werd bijvoorbeeld in de afgelopen dagen bekend dat de Gelderse gemeente Berg en Dal het aantal laadpalen maar liefst gaat vertienvoudigen. Waar er op dit moment drie staan, moeten dat er in 2020 dertig meer zijn. het totaal komt dan op 33.
Dubbel of meer
Een vertienvoudiging is niet voor elke stad weggelegd. Uiteraard is dit ook afhankelijk van de hoeveelheid laadpalen die er momenteel te vinden zijn in de betreffende gemeente. Dat neemt niet weg dat vrijwel elke plaats die voor een verhoging van het aantal laadpalen gaat kiest voor een verdubbeling of meer. De gemeente Veenendaal wil bijvoorbeeld van 26 palen nu naar 84 palen in 2020. Ook dit is een verdrievoudiging van het aanbod. In Nederland zijn op dit moment 13.000 laadpalen te vinden. Tegen 2020 zullen dat er ruim vijftigduizend worden wanneer alle voornemens doorgaan.
Zuiniger en slimmer
De toename van het aantal laadpunten betekent dat ook elders naar de stroomvoorziening gekeken moet worden. Vooral de ontwikkeling van slimmer opladen neemt een vlucht. Dit is nodig om geen te hoge druk op het stroomnet te leggen. In Den Bosch worden bijvoorbeeld 640 zonnepanelen ingezet. Die dienen voor de stroomvoorziening van de omgeving, maar ook voor de vijf laadpalen. Daardoor kan op elk moment van alle palen tegelijk gebruikgemaakt worden. Dit is een belangrijke voorwaarde. Veel gebruik zorgt voor mogelijke storingen wanneer geen alternatieven worden ingezet.
