Het Roemeense Dacia wil zijn naam hoog houden wanneer het de overstap maakt naar het produceren van elektrische auto’s. Dit houdt in dat het merk wil vasthouden aan de lage verkoopprijzen van zijn modellen. Zelf stelt de fabrikant dat het spotgoedkope elektrische auto’s op de markt zal gaan brengen.
Renault-Nissan groep
Dat Dacia nu bekend heeft gemaakt dat het ook elektrische varianten van zijn auto’s gaat fabriceren komt niet als een verrassing. Onlangs kondigde de grote Renault-Nissan-Mitsubishi alliantie al aan dat het flink gaat inzetten op elektrisch rijden. Als onderdeel van deze groep kan Dacia daardoor dus niet achterblijven. De nieuwe modellen vallen daarom onder de twaalf elektrische modellen die de alliantie voor 2022 op de weg wil hebben. Hoeveel dat er zijn is nog niet bekend.
Eigen identiteit
Voor de leiding van Dacia is het vooral belangrijk dat het merk zijn eigen identiteit behoudt. Daarover zegt het namelijk dat het is wat de klanten verwachten. Dit betekent dus dat de aanschafprijs van de auto’s laag moet blijven. Zo valt de prijs-kwaliteitverhouding voordelig uit. Dit mag niet verloren gaan wanneer de auto’s met een elektrische aandrijving worden geleverd zegt de leiding in een persbericht. De auto’s zullen vooral op de Europese markt worden gericht en worden daarom dan ook in Europa vervaardigd. Dit wordt allemaal gedaan met het oog op kostenbeperkingen.
Afwachten
Het ligt in de lijn der verwachtingen dat de Dacia of Dacia’s met elektrische aandrijving pas in de tweede helft van de reeks van twaalf nieuwe modellen van de alliantie aan bod komen. Dacia wil namelijk optimaal profiteren van de kennis die de groep opdoet met het produceren en ontwikkelen van modellen voor andere merken zoals Renault, Nissan en Mitshubishi. Met die kennis kan immers eveneens worden bespaard op de kosten. Dit is dan ook het grote voordeel van de megaovereenkomst, aldus de leiding van het merk.